GHS07GHS09

KARATE ZEON®

Insecticide, capsule suspensie (CS) op basis van lambda-cyhalothrin (100 g/L)
: 1067P/P
Inhoud verpakking: 1 L - 5 L
Karate Zeon® is een gedeponeerd handelsmerk van SYNGENTA.

Gebruik en doses

Voederbieten* en suikerbieten* (*open lucht): Ter bestrijding van bietenkever: 0,125 l/ha, 1 toepassing.
Ter bestrijding van bietenaardvlooien: 0,0625 l/ha, 1 toepassing. Toepassen in opkomst - 10 bladeren (BBCH 09-19).
Ter bestrijding van bietenvlieg: 0,0625 l/ha, 1-2 toepassingen; toepassen in 2-10 bladeren (BBCH 12-19).
Ter bestrijding van bladvretende rupsen: 0,075 l/ha, 1-2 toepassingen vanaf het waarnemen van de plaag.
Veiligheidstermijn: 7 dagen. Max. 3 toepassingen/teelt.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 20 m met klassieke techniek.

Aardappelpootgoedteelt* en aardappelen* (*open lucht): Ter bestrijding van bladluizen: 0,075-0,1 l/ha, 1-2 toepassingen.
Ter bestrijding van coloradokever: 0,0625 l/ha, 1 toepassing.
Veiligheidstermijn: 7 dagen (in aardappelen).
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Wortelen (open lucht) en pastinaak (open lucht): Ter bestrijding van bladluizen: 0,1 l/ha, 1-2 toepassingen.
Bladvretende rupsen: 0,075 l/ha, 1-2 toepassingen.
Wortelvlieg: 0,125 l/ha, 1-4 toepassingen. Max. 4 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 7 dagen in bladluizen en rupsen en 14 dagen in wortelvlieg.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek in bladluis en rups en 20 m in wortelvlieg.

Cichorei (open lucht): Ter bestrijding van trips: 0,075 l/ha, 1-2 toepassingen.
Bladvretende rupsen: 0,075 l/ha, 1 toepassing.
Bladluizen: 0,1 l/ha, 1 toepassing. Max. 2 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 14 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Spruitkool*, sluitkool*, broccoli*, bloemkool* (witte en groene) (* open lucht): Ter bestrijding van koolvlieg: 0,125 l/ha (0,100 l/ha in spruitkool broccoli en bloemkool), 1-2 toepassingen.
Galmuggen en bladvretende rupsen: 0,075 l/ha.
Bladluizen: 0,1 l/ha, het product heeft een minder goede werking tegen Brevicoryne brassicae. 1-2 toepassingen volgens de waarschuwingen. Max. 2 toepassingen/teelt.
Dit product heeft een nevenwerking tegen de koolbladvlieg.
Veiligheidstermijn: 7 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Koolzaad (open lucht): Ter bestrijding van koolzaadglanskever en koolzaadsnuitkever: 0,0625 l/ha, 1 toepassing volgens de waarschuwingen. Toepassen ontwikkeling van de bloemknoppen - ontwikkeling van de peulen (BBCH 50-75). Max. 2 toepassingen/teelt en max. 1 toepassing in BBCH 50-75.
Dit product heeft een nevenwerking tegen de koolzaadmug (zomerkoolzaad).
Veiligheidstermijn: 42 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Winterkoolzaad (open lucht): Ter bestrijding van koolzaadaardvlo: 0,0625 l/ha, 1-2 toepassingen. Toepassen opkomst - 3 bladeren (BBCH 09-13). Max. 2 toepassingen/teelt. Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Witloofwortelteelt (open lucht): Ter bestrijding van wantsen en bladvretende rupsen: 0,075 l/ha.
Bladluizen: 0,1 l/ha. 1-2 toepassingen. Max. 2 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 14 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Spinazie (open lucht): Ter bestrijding van bietenvlieg: 0,0625 l/ha.
Wantsen, bladvretende rupsen en aardrupsen: 0,075 l/ha.
Bladluizen: 0,1 l/ha. 1-2 toepassingen (met een interval van 10 dagen tegen aardrupsen). Max. 2 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 7 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Viciabonen (drooggeoogst / groengeoogst, zonder peul) (open lucht): Ter bestrijding van bladluizen: 0,075 l/ha.
Bonenkevers, bladrandkever en trips: 0,063 l/ha. 1-2 toepassingen met een interval van 7-10 dagen. Max. 2 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 7 dagen in vicia-bonen droogeoogst en 3 dagen in vicia-bonen groengeoogst, zonder peul.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Stamslabonen* (groengeoogst met peul) en drooggeoogste stamslabonen* (zonder peul) (* open lucht): Ter bestrijding van bladluizen en bladvretende rupsen: 0,075 l/ha. 1-2 toepassingen met een interval van 7-10 dagen. Max. 2 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 3 dagen in groengeoogst en 7 dagen in drooggeoogst.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Vlas (open lucht): Ter bestrijding van aardvlooien: 0,0625 l/ha, 1-2 toepassingen.
Trips: 0,075 l/ha, 1 toepassing. Max. 2 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 42 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Suikermaïs (open lucht): Ter bestrijding van aardrupsen: 0,075 l/ha, 1-2 toepassingen met interval van 10 dagen. Toepassen tot vorming van de eerste echte blad (BBCH 11).
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Maïs (behalve suikermaïs) (open lucht): Ter bestrijding van maïswortelboorder: 0,1 l/ha, 1 toepassing volgens de waarschuwingen.
Veiligheidstermijn: 7 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Uien (drooggeoogste) (open lucht): Ter bestrijding van aardrupsen: 0,075 l/ha. 1-2 toepassingen met een interval van 10 dagen.
Veiligheidstermijn: 28 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Groengeoogste erwten (met peul en zonder peul) (open lucht): Ter bestrijding van bladluizen: 0,075 l/ha, 1-2 toepassingen met interval van 7-10 dagen.
Erwtenpeulboorder en bladrandkever: 0,0625 l/ha. 1-2 toepassingen met interval van 7-10 dagen. Dit product heeft een nevenwerking tegen galmuggen. Max. 2 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 3 dagen.
Ter bestrijding van trips: 0,0625 l/ha, 1 toepassing. Toepassen opkomst - 5 bladeren (BBCH 09-15). Max. 2 toepassingen/teelt. Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Drooggeoogste erwten (zonder peul) (open lucht): Ter bestrijding van bladluizen: 0,075 l/ha, 1-2 toepassingen met interval van 7-10 dagen.
Erwtenpeulboorder en bladrandkever: 0,0625 l/ha. 1-2 toepassingen met interval van 7-10 dagen. Max. 2 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 7 dagen.
Tegen trips: 0,0625 l/ha, 1 toepassing. Toepassen opkomst - 5 bladeren (BBCH 09-15). Max. 2 toepassingen/teelt.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek.

Aardbeien (open lucht en onder bescherming): Ter bestrijding van wantsen, Drosophila suzukii en bladvretende rupsen: 0,075 l/ha.
Trips en bladluizen: 0,1 l/ha. 1-2 toepassingen. Max. 2 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 3 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 10 m met klassieke techniek (open lucht).

Frambozenstruiken (open lucht): Ter bestrijding van Drosophila suzukii en bladvretende rupsen: 0,05 l/ha haag.
Bladluizen: 0,075 l/ha haag. 1-2 toepassingen. Max. 2 toepassingen/12 maanden.
Veiligheidstermijn: 7 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 20 m met 50% driftreducerende techniek.

Kersen– en kriekenbomen (open lucht): Ter bestrijding van Drosophila suzukii en bladvretende rupsen: 0,050 l/ha haag (laagstam) of 0,005 l/100 l (hoogstam).
Bladrollers en mineermotten: 0,1 l/ha haag (laagstam) of 0,01 l/100 l (hoogstam).
Bladluizen: 0,075 l/ha haag (laagstam) of 0,0075 l/100 l (hoogstam). 1-2 toepassingen.
Dit product heeft een nevenwerking tegen rode spin. Max. 2 toepassingen/12 maanden.
Veiligheidstermijn: 7 dagen.
Risicobeperkende maatregelen: bufferzone van 30 m met 90% driftreducerende techniek.

Wintertarwe*, zomertarwe*, wintergerst*, zomergerst*, winterrogge*, zomerrogge*, winterhaver*, zomerhaver*, triticale* en spelt* (* open lucht): “Toepassen in opkomst - stadium oprichten (BBCH 09-30)”: Ter bestrijding van bladluizen: 0,05 l/ha, 1-2 toepassingen (1 toepassing in haver) volgens de waarschuwingen. Max. 2 toepassingen/teelt. Bufferzone van 5 m met klassieke techniek
“Toepassen begin oprichting - aarvorming (BBCH 30-59)”: ter bestrijding van galmuggen: 0,05 l/ha, 1-2 toepassingen volgens de waarschuwingen. Max. 2 toepassingen/teelt. Bufferzone van 5 m met klassieke techniek.
“Toepassen begin bloei - einde van de melkrijpheid (BBCH 60-77)”: in wintertarwe, zomertarwe, winterrogge, zomerrogge, winterhaver, zomerhaver, triticale en spelt: ter bestrijding van bladluizen: 0,05 l/ha, 1 toepassing in wintertarwe, zomertarwe, winterhaver, zomerhaver spelt en triticale; 1-2 toepassingen in winterrogge en zomerrogge volgens de waarschuwingen. Max. 2 toepassingen/teelt.
Veiligheidstermijn: 30 dagen. Bufferzone van 5 m met klassieke techniek.

Voor een volledige lijst van toegelaten gebruiken, raadpleeg volgende website : www. fytoweb.fgov.be

Signaalwoord

Waarschuwing

Gevarenaanduidingen

H302: Schadelijk bij inslikken.
H317: Kan een allergische huidreactie veroorzaken.
H332: Schadelijk bij inademing.
H410: Zeer giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen.

Aanvullende informatie

EUH401: Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen.

Veiligheidsaanbevelingen

P261: Inademing van spuitnevel vermijden.
P280: Beschermende handschoenen en beschermende kleding dragen.
P301: NA INSLIKKEN: P330: De mond spoelen.
P391: Gelekte/gemorste stof opruimen.
P302+P352: Bij CONTACT MET DE HUID: met veel water en zeep wassen.
P304+P340: NA INADEMING: het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt.
P308-P311: NA (mogelijke) blootstelling: een ANTIGIFCENTRUM of een arts raadplegen.
P411: Bij maximaal 40°C bewaren.

Andere vermeldingen

Product bestemd voor beroepsgebruik.
Co-formulanten: 1,2-benzisothiazolin-3-on, Index Nr. 613-088-00-6.
SPo: Na de behandeling de percelen/oppervlakken pas opnieuw betreden nadat de spuitvloeistof is opgedroogd.
SP1: Zorg ervoor dat u met het product of zijn verpakking geen water verontreinigt.
SPe3: Om in het water levende organismen te beschermen mag u in een welbepaalde bufferzone rond oppervlaktewater niet sproeien (zie risicobeperkende maatregelen).
SPe8: Gevaarlijk voor bijen.
Gebruik dit product niet op het ogenblik dat de bijen actief naar voedsel zoeken.
De erkende dosis is de laagste dosis waarbij de beste werkzaamheid wordt gewaarborgd in de meeste gevallen. Deze dosis kan worden verlaagd onder verantwoordelijkheid van de gebruiker, bij voorbeeld in teelten waarin de principes van de geïntegreerde bestrijding worden toegepast. Bij verlaging van de dosis is het niet toegelaten het maximale aantal toepassingen te verhogen, noch de wachttermijn voor de oogst te verkorten.

Vernietiging van lege verpakkingen en spuitresten

De zorgvuldig geledigde verpakking van dit product dient met water gespoeld te worden, ofwel manueel (enkele opeenvolgende malen schudden) ofwel met behulp van een reinigingssysteem met water onder druk dat op het spuittoestel geplaatst is. Het bekomen spoelwater moet in de spuittank worden gegoten. De aldus gespoelde verpakking moet door de gebruiker ingeleverd worden op een daartoe voorzien inzamelpunt. Spuitoverschotten ca. 10 maal verdunnen en verspuiten op het reeds behandeld perceel volgens de gebruiksvoorschriften. Vijvers, waterlopen of grachten niet vervuilen met het product of de lege verpakking. In geen geval mag de lege verpakking opnieuw gebruikt worden voor andere doeleinden. Om spuitoverschotten na de behandeling te vermijden, moet de benodigde hoeveelheid spuitvloeistof nauwkeurig worden berekend aan de hand van de te behandelen oppervlakte en het debiet per hectare.

Raadgevingen voor de eerste hulp

Algemeen: hou de verpakking van het product, het etiket of het veiligheidsinformatieblad bij de hand als contact opgenomen wordt met Antigifcentrum, arts of voordat met de behandeling begonnen wordt.
Inademing: slachtoffer in frisse lucht brengen. Bij onregelmatige ademhaling of ademstilstand kunstmatige beademing toepassen. Slachtoffer warm en rustig houden. Onmiddellijk een arts of Antigifcentrum waarschuwen.
Aanraking met de huid: verontreinigde kleding uittrekken. Afwassen met veel water. Als de huidirritatie voortduurt, een arts raadplegen. Verontreinigde kleding wassen voor hergebruik.
Aanraking met de ogen: onmiddellijk spoelen met veel water, ook onder de oogleden, gedurende minstens 15 minuten. Contactlenzen uitnemen. Onmiddellijke medische zorg is noodzakelijk.
Inslikken: In geval van inslikken onmiddellijk een arts raadplegen en verpakking of etiket tonen. GEEN braken opwekken.
Tel. Antigifcentrum: 070/245 245.

Advies voor de geneesheer

Verschijnselen: aspiratie kan longoedeem en longontsteking ontstaan. Paresthesia effecten (jeuk, tinteling, branderigheid en gevoelloosheid) veroorzaakt door blootstelling aan de huid zijn van voorbijgaande aard en kunnen 24 uren duren.
Advies: braken niet opwekken: bevat petroleumdestillaten en/of aromatische oplosmiddelen. Symptomatisch behandelen.

Waarborg

Daar de bewaring, het transport en het gebruik niet onder onze controle vallen, aanvaarden wij geen enkele verantwoordelijkheid, rechtstreeks of onrechtstreeks, voor de gevolgen, schade of andere ongevallen die hieruit kunnen voortvloeien.